De anatomische les van Dr Nicolaes Tulp

Rembrandt schilderde dit groepsportret van zeven chirurgijns en de medicus Nicolaes Tulp in 1632. Het schilderij is er één uit een reeks van groepsportretten die voor de bestuurskamer van het Chirurgijnsgilde zijn gemaakt en waarvan de oudste uit 1603 stamt. Zo’n anatomiestuk kent een centraal motief, een anatomische les, en een hoofdrolspeler, de praelector ofwel de voorlezer. De aanleiding voor het ontstaan van dit schilderij was de anatomische les die Tulp in januari 1632 verrichtte. Een vooraanstaand medicus gaf tweemaal per week theorieles aan de Amsterdamse chirurgijns. Onderdeel van deze bijscholing was het bijwonen van praktijklessen in het anatomisch theater om zo meer inzicht te krijgen in de menselijke anatomie. Ieder jaar kon er een openbare ontleding plaatsvinden, meestal in de winter omdat het lijk anders te veel stonk. De ontleding gebeurde dan onder leiding van de praelector. Deze deed dat niet elk jaar, maar in 1631 verrichtte Tulp, die drie jaar ervoor voorlezer van het Chirurgijnsgilde was geworden, zijn eerste lijksectie. In 1632 deed Tulp het weer. Naar aanleiding van die sectie maakte Rembrandt het bewuste schilderij.

Rembrandt Anatomische les van dokter Tulp Den Haag Mauritshuis Amsterdam RembrandthuisDe artistieke prestatie van de nog jonge schilder is verbazingwekkend, temeer daar hij tot dan toe nog niet al te veel portretten had geschilderd Het lijkt of Rembrandt de groep mannen op een bepaald moment heeft getroffen. Het schilderij is echter een zorgvuldige compositie waarover goed is nagedacht. De aandacht van de beschouwer is gericht op de activiteit van Tulp die demonstreert hoe de spieren van de arm lopen. Daartoe is de arm van het lijk opengelegd. Voor het lichaam werd gewoonlijk het lijk van een misdadiger gebruikt. In dit geval was dat Adriaen het Kint. De namen van de voorgestelden staan op het papier dat door de achterste man wordt vastgehouden.

Rembrandt, De anatomische les van Nicolaes Tulp, gesigneerd en gedateerd ‘Rembrandt ft. 1632’. Doek, 169,5 x 216,5 cm, ’s-Gravenhage, Mauritshuis