Titus aan zijn lezenaar

Rembrandt Titus schilderij Boijmans Rembrandthuis AmsterdamDe voor zich uit kijkende jongen is in gepeins verzonken. Hij heeft een duim tegen zijn kin gedrukt. Op de lezenaar liggen wat papieren en hij houdt in zijn rechterhand een pen vast en in zijn andere hand een pennenkoker. Er wordt niet aan getwijfeld dat dit een portret is van Rembrandts zoon Titus. Een belangrijke aanwijzing daarvoor is dat er nog enkele schilderijen van Rembrandt uit dezelfde periode bestaan die onmiskenbaar dezelfde jongen tonen. Bovendien is er nauwe verwantschap met het door Rembrandt geëtste portret van een jongen, welk portret volgens een zeventiende-eeuwse bron Titus voorstelt (de onderste afbeelding). Op die prent draagt Titus een vergelijke baret als op het schilderij.

Rembrandt, Titus aan zijn lezenaar, gesigneerd en gedateerd ‘Rembrandt f. 1655’. Doek, 77 x 63 cm, Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen 

 

De in 1641 geboren Titus is het enige kind van Saskia en Rembrandt dat niet als zuigeling is Rembrandt Portret van Titus Amsterdam Rijksprentenkabinet Rembrandthuisoverleden. Nog geen jaar na zijn geboorte overleed Titus’ moeder. Hij is opgevoed door zijn vader en door Geertje Dircx. In 1649 werd de plaats van Geertje plaats ingenomen door Hendrickje Stoffels. Over de jeugdjaren van Titus is zo goed als niets bekend. Wel weten we dat hij tekenen en schilderen heeft geleerd, ongetwijfeld van zijn vader. In de inventaris, die in 1656 van Rembrandts bezittingen is opgemaakt, komeneen paar werken van Titus voor. Na de afwikkeling van het faillissement werd de kunsthandel overgedaan op de naam van Hendrickje en Titus om de inkomsten daaruit uit de handen van Rembrandts schuldeisers te houden. Titus heeft zich daadwerkelijk met de kunsthandel beziggehouden. In Rembrandts biografie door de schilder en schrijver Arnold Houbraken uit het begin van de achttiende eeuw schreef deze ietwat denigrerend dat Titus de prenten van zijn vader uitventte. Toen hij in 1665 in Leiden was, trachtte Titus een opdracht voor zijn vader binnen te slepen. Bij die gelegenheid liet Titus zich in trotse bewoordingen uit over de kwaliteiten van zijn vader. Drie jaar later was Titus weer in Leiden. Hij maakte toen, letterlijk doodziek, zijn testament op en overleed kort daarop.

Rembrandt, Portret van Titus, ca. 1656. Ets, 9.9 x 7 cm, Amsterdam, Rijksprentenkabinet (B. 11)